Ga direct naar de inhoud.

Opnieuw allerlei 3

'Alles draait om goede duiven' is een veelgehoorde kreet.

Ik zou dat enigszins bij willen stellen en zeggen 'bijna' alles.

Want hoe langer ik mee draai hoe meer belang ik hecht aan het onderkomen van de duiven, het hok dus.

Want die goede duiven moeten natuurlijk vorm hebben om te presteren en ik ken niets dat daar zo'n grote invloed op heeft dan het hokklimaat.

Talrijk zijn de voorbeelden van liefhebbers die met dezelfde duiven gingen presteren nadat ze veranderingen in het hok aanbrachten.

Of bij wie de prestaties kelderden nadat men de hokken veranderd had.

Velen zoeken het in hun streven naar beter bij medicijnen, vitamines en noem maar op.

Verkeerd!

Als de duiven klasse hebben en ze niet ziek zijn zoek het vooral bij het hok als resultaten uitblijven.

 

BEWIJS

Hoe belangrijk het hok is zie je aan de conditie van duiven die je uitleende.

Als je die terug krijgt is die soms beter dan die van de eigen duiven, soms slechter.

Hoe een goed hok dan moet zijn?

Als ik dat kon zeggen waren velen verlost van zorgen.

Een hok kan op vele manieren goed (of slecht) zijn.

Daarbij komt dat de directe omgeving maar ook het weer een rol spelen.

Sommigen, vooral Duitsers, piekeren zich suf hoe de verluchting te verbeteren.

Ze leggen peperdure afzuiginstallaties aan, maar zien geen verbetering.

Eens zei ik tegen zo'n Oosterbuur dat ik hokken met golfplaten de beste vond.

'Is dat een grap?' vroeg hij.

'Natuurlijk' zei ik, 'heel het leven is een grap'.

Toen werd ik serieus en noemde namen van grote kampioenen die spelen op een hok met golfplaten.

'Scheisze' zei hij, 'Ik snap er niets meer van'.

 

GOED HOK

Wat vast staat is dat een goed hok droog is, goed verlucht en warm.

- Droogte kan men moeilijk onder controle houden in ons wisselvallig klimaat.

- Warmte kan men proberen vast te houden door de hokken af te sluiten maar dan worden die weer minder luchtig.

- Men kan luchttoevoer bevorderen door de hokken open te gooien maar dan verdwijnt de warmte.

Nu begrijpt men mijn probleem om een goed hok te beschrijven.

Koopman heeft wel een punt als hij zegt 'proberen de natuurlijke warmte zo veel mogelijk vast te houden'.

Hij bedoelt daarmee de materialen waarmee een hok is gebouwd.

 

ONVERKLAARBAAR

Hoe belangrijk verse lucht en droogte is merk je bij winderig weer.

Van de ene dag op de andere trekken duiven zich strak en krijgen droge kopen en krijtwitte neuzen.  

Zoals U eerder kon lezen hebben veel kampioenen een voli're voor het hok.  

Maar hoe meer je probeert dingen te verklaren hoe meer vragen er rijzen.

Zo zou verluchting van boven moeten.

Toch zijn er veel kampioenen zonder verluchting langs boven die dus toch presteren.

Denk aan G van de Wouwer, wijlen Albert Marcelis, Dirk van Dijck, Eddy Janssen.   .

Of aan de hokken met daarop golfplaten van andere kampioenen.

 

WERKT NIET

Al gauw gaan velen weer kweken.

De betere liefhebbers hebben de duiven het eerst gepaard en op eieren.

Veel anderen daarentegen krijgen nu al hun eerste tegenslagen te verwerken.

Nou ja tegenslagen. Ze maken fouten.

Zo was er die man met drie kleine hokjes en op elk zette hij 2 koppels. Na 18 dagen waren er nog geen eieren.

Het verbaasde me niets.

Twee koppels los op een klein hok werkt niet.

Of je moet er intensief mee bezig zijn en die om de beurt opsluiten.

Ook bij een sportgenoot dreigde de kweek een mislukking te worden en ik zag al gauw dat ook daar de baas zelf schuld had.

Die had, als gebruikelijk, tegen de achterwand zijn broedbakken.

Tot daar niets aan de hand maar de zijkanten hingen vol zitschabjes.

Dat werkt dus ook niet. Als je duiven bijeenzet horen geen andere zitplaatsen op het hok dan de eigen woonbak.

En liefst heeft de doffer die al ingenomen.

Best sluit je die een week voor je gaat koppelen 's nachts op.

Want dat opsluiten zal ook moeten gebeuren als je koppelt en aan 'opgesloten zijn' moeten duiven wennen.

Goed om te weten, ook tijdens het speelseizoen.  

 

OOK VERKEERD

Verder is het vragen om problemen als de woonbakken niet tot het plafond reiken.

De meest dominante duiven zullen zich immers een plaats toe eigenen boven op die bakken en minder snel een bak innemen.

Duiven zitten immers graag boven.

Als je daarom een vlieghok hebt met pakweg 16 bakken en je hebt maar 12 vliegers laat je best de onderste rij leeg.

Wat dat 'graag boven zitten' betreft gebeuren soms de wonderlijkste dingen als een duif die ergens boven huist verloren gaat en een andere die bak inneemt.

Een explosie van vorm en motivatie kan het resultaat zijn.

Jongen en nestduiven is ander verhaal.

Die zitten graag in donkere hoekjes, achter een plankje of zo.

Dat heeft met instinct te maken.

De moderne postduif stamt af van de holenduif die ook in het donker zat.

 

KNIJPRINGEN

Als we gaan kweken zijn sommigen te moe, te lui, te dom, te haastig of te nonchalant om alles in goede banen te leiden.

Daartoe hoort het om de beurt opsluiten.

Een handig hulpmiddel zijn knijpringen.

Bijvoorbeeld doffer en duivin van koppel 1 een gele, beide partners van een ander koppel een groene, weer een ander koppel een rode enzovoorts.

Zelf heb ik veel blauwe duiven en soms is het lastig te zien wie wie is als duiven zo veel op elkaar lijken.

Knijpringen bespaart je zoeken en vangen.

Ook in de woonbak voeren, al is dat bewerkelijk, draagt er toe bij duiven sneller aan hun bak te doen wennen en daarmee vechtpartijen later te voorkomen.

Duiven OMkoppelen op hetzelfde hok doe ik nooit meer.

Alleen maar slechte ervaringen.

Soms lijken ze gewend aan hun andere bak maar dan komt de dag dat je vloekend constateert dat koppen zijn kapot gevochten, eieren gebroken, jongen gesneuveld.

Kwestie van pech?

Welnee. Je had dat kunnen voorkomen.

 

TOT SLOT

Als je twijfelt aan je hokken, meer of minder open?

Kies voor meer.

Kijk naar duiven in een open voliere, zelfs hartje winter. Meestal zien ze er beter uit dan duiven in hun hok met dubbele beglazing en vloerverwarming.

Andre Roodhooft zal goedkeurend knikken.

Als zo'n kampioen me tenminste leest'